Parkeren in een vak (2 manieren)

Vooruit:

  • Stop 2 vakken voor het doelvak waar je wilt parkeren, links of rechts, om een plan te maken.
  • Bij het aan komen rijden de ruimte gebruiken om een ruime bocht maken.
  • Als de buitenspiegel gelijk is aan de eerste lijn van het vak waarin je wilt gaan parkeren, insturen.
  • Als de auto bijna recht is, terugsturen.
  • Stoppen.

Achteruit:

  • Stop 2 vakken voor het doelvak waar je wilt parkeren, links of rechts, om een plan te maken.
  • Als je aan komt rijden en de buitenspiegel is gelijk met de tweede lijn van het vak waarin je wilt gaan parkeren stop je. Langzaam rijden en stuur een kwart slag naar links.
  • Stuur vervolgens een kwart slag terug naar rechts.
  • Stop bij de 2e lijn van het 2e vak.
  • Schakelen in de achteruitversnelling.
  • Achteruitrijden met slippende koppeling, blijven sturen naar rechts.
  • Auto bijna recht; stuur in rechtuitstand.
  • Stop als de auto volledig in het vak staat.